N M S G ' 9 5

Churchillplein 1, 2517 JW Den Haag +31 6 2845 4044

Opinie Maria Gever: De tijd dringt voor nationaal monument voor de slachtoffers van Srebrenica

15-07-2024 — Goed dat voor de MH-17-nabestaanden een monument is, maar waar blijft dat ter nagedachtenis van de genocide in Srebrenica? Nederland is hoe dan ook verbonden met deze gruwelijke geschiedenis. Na bijna dertig jaar van beloften is een herdenkingsplaats urgent.

 

Voor de 298 slachtoffers van de neergeschoten MH-17 bestaat sinds 2017 in Park Vijfhuizen een permanent nationaal monument. Er wordt nu ook gepleit voor een herinneringscentrum. Dat is een goed plan. Het is voor de nabestaanden een manier om dit plotselinge verlies van hun dierbaren beter te kunnen verwerken en om context te bieden voor deze aanslag in 2014 door een Russisch luchtdoelraket.

Maar waarom is er nog geen nationaal monument voor de genocide in Srebrenica? Niet onbelangrijk voor de ongeveer 63 duizend Bosniërs in Nederland. Er wordt al bijna dertig jaar voor geijverd. Onlangs besloot de Verenigde Naties van 11 juli een ‘Internationale dag van bezinning en herdenking van de genocide in Srebrenica’ te maken. Dat is een opsteker voor de overlevenden en de nabestaanden van de moord op de ruim 8.300 Bosniakken in 1995 door het Bosnisch-Servische leger. De eerste genocide na de Tweede Wereldoorlog op Europees grondgebied.

Srebrenica was een safe area in Bosnië, beschermd door het VN bataljon Dutchbat dat slechts uit 470 militairen bestond. Het extreem-nationalistische Servische leger, onder leiding van Ratko Mladić, had dit gebied omsingeld nadat de wijde omgeving al was bezet en ‘gezuiverd’. Een internationale reactie bleef uit. Deze passieve houding maakte het mogelijk dat op 11 juli 1995 de belegering uitliep op een uitbarsting van een grootschalig geweld. Het leger verdreef en vermoordde duizenden Bosniakken, voornamelijk mannelijke moslims.

Door de aanwezigheid van het Nederlands VN-legeronderdeel Dutchbat bij dit gruwelijke drama is Nederland hoe dan ook verbonden met de geschiedenis van Srebrenica. Hoewel de massamoord door de Bosnische Serviërs was begaan en Navo luchtsteun uitbleef, was de Nederlandse staat volgens de Hoge Raad in 2019 deels aansprakelijk voor de moord op de 350 mannen die op de Dutch compound verbleven.

Volgens de Raad werd hen ‘de kans van 10 procent onthouden om niet te worden blootgesteld aan de onmenselijke behandelingen en executies door de Bosnische Serviërs.’ Dutchbat had aan de mannen de keuze moeten laten om op de compound te blijven. Dat is niet gebeurd. Zij werden korte tijd later verderop en masse vermoord. De uitspraak was zeer pijnlijk voor Nederland en traumatisch voor de Dutchbat-veteranen.

Ieder jaar vindt in Den Haag de Nationale Srebrenica Herdenking plaats, maar een permanent Nationaal Monument, laat staan een herinneringscentrum, voor de slachtoffers in Nederland ontbreekt. Toch zijn daarover beloften gedaan. In 2021 zei minister van Defensie Ank Bijleveld bij de herdenking in Den Haag dat de komst van een nationaal monument een stap dichterbij was.

Nadat premier Rutte excuses had aangeboden aan 350 Dutchbat III veteranen op 18 juni 2022 in Schaarsbergen, volgden bij de herdenking in Potočari op 11 juli de excuses van minister van Defensie Kajsa Ollongren aan de nabestaanden van de slachtoffers. Zij beloofde expliciet dat er een nationaal monument in Den Haag komt. Op dat moment bevestigde de Haagse wethouder en oud Dutchbatter Anne Mulder die belofte.

Maar het monument is er na dertig jaar nog steeds niet. Ook aan de wens van de overlevenden en nabestaanden om een Srebrenica museum en -onderzoekscentrum op te richten bij het gebouw van voormalige Joegoslavië-tribunaal is niet tegemoet gekomen. Daar zouden mensen goede voorlichting kunnen krijgen over de Srebrenica- genocide, de slachtoffers, de rol van de Navo en Dutchbat.

Op het Haagse Plein heeft in 2020 een tijdelijk monument ‘Srebrenica is Nederlandse geschiedenis’ gestaan, een cirkelvormige opstelling van 25 portretfoto’s van Bosnisch Nederlandse jongeren. De foto’s symboliseerden hun dubbele nationale identiteit: de verbondenheid met de Bosnische en de Nederlandse geschiedenis. Daar is het bij gebleven.

Vorige week was staatssecretaris van Defensie Gijs Tuinman aanwezig bij de herdenking aan de Lange Voorhout die vooraf werd gegaan door een vredesmars. Ook nu werden na twee minuten stilte en de Last Post, en de namen van de veertien nieuw geïdentificeerde slachtoffers die op die dag in Potočari zijn begraven, voorgelezen. Geen woord over een monument. Dat deed de Haagse wethouder Saskia Bruines. Zij sprak bij het gebouw van het voormalige Joegoslavië Tribunaal over de genocide in Srebrenica en beloofde opnieuw een waardig monument ter herinnering aan de slachtoffers in 1995.

Net zoals voor de MH-17 slachtoffers is ook een permanent nationaal Srebrenica-monument in Nederland urgent. Onpeilbaar is het verdriet om degenen die vermoord of verdwenen zijn. Het verontrustende van een genocide is echter ook dat de geschiedenis van een bevolkingsgroep, die doelbewust is ontmenselijkt en vermoord, waarvan de doden in massagraven zijn verdwenen zonder naam of identiteit, lijkt te zijn weggevaagd.

Dit gegeven maakt de behoefte van nabestaanden van de Srebrenica-genocide aan een zichtbare herinnering in de openbare ruimte in Nederland meer dan begrijpelijk. Het is ook een teken van respect en erkenning door de Nederlandse regering van die verbondenheid met Srebrenica, en een permanente waarschuwing voor alle Nederlanders dat dit zo dichtbij kon gebeuren.

 

Deze opinie, initieel geplaatst in De Volkskrant op 15 juli 2024, is gepubliceerd met toestemming van de schrijfster, prof. dr. Maria Grever.

Bron: www.volkskrant.nl/columns-opinie/opinie-de-tijd-dringt-voor-nationaal-monument-voor-de-slachtoffers-van-srebrenica~b8e6d1cf/